Ik heb zojuist het weerbericht gekeken, en wat blijkt? Morgen is het perfect weer om op de fiets te stappen! Voor mij perfect fietsweer dan.
Ik ben heus niet bang voor een regenbuitje, maar het allerliefst pak ik toch mijn shining-race-machine als de zon schijnt. En dan moet het ook nog een beetje warm zijn, graadje of 18? Eigenlijk liever nog wat warmer!
Ik heb het nogal snel koud: eigenlijk heb ik altijd koude handen, en in bed ook koude voeten (die ik dan heel subtiel tegen m’n eigen warmtebron in bed (= vriendje) aan leg). Tijdens hardlopen en fietsen heb ik ook last van die freezing handen, mede daarom ren ik zelfs in de lente nog met handschoenen… Niet omdat het hip is ofzo.
Voordat ik op de racefiets stap, ben ik altijd aan het twijfelen over m’n outfit. Nee, niet welke kleur (oké, dat óók), maar wel of ik een lange of korte broek aan zal doen. Of lange of korte mouwen, want:
- Ik wil het niet koud krijgen onderweg.
- Maar ook weer niet te warm.
- Ik wil mooie bruine benen en armen krijgen.
- Maar die witte melkflessen, die het nu nog zijn, hoeft ook niet iedereen te zien.
- Maar als ik geen korte broek aan trek word ik natuurlijk nooit bruin.
- Maar als ik nu bruine benen krijg tijdens het fietsen, dan zie je straks weer een ‘randje’ op m’n bovenbeen als ik op het strand lig.
Je ziet, ik heb behoorlijk wat te beslissen voordat ik ook maar op de fiets stap. Daarom vind ik het het allerfijnst om met mooi weer te fietsen.
Ik ben een mooi-weer-fietster.
There, I said it. Tuurlijk, fietsen is altijd gaaf en het geeft een geweldig gevoel als ik weer thuis ben na een rondje. Maar om tijdens dat rondje van een heerlijke cappuccino, mét appeltaart, in de zon op een terras te genieten, is voor mij het ultieme fietsgevoel 🙂
Wanneer fiets jij het liefst? Of ben jij een echte bikkel die, regen of zonneschijn, onverschrokken op de fiets stapt?
Liefs! Nora